Het recent gepubliceerde Nationaal Onderzoek Moslimdiscriminatie, uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, bevestigt wat moslims in Nederland vele jaren ervaren: moslimdiscriminatie. Deze discriminatie is structureel, wijdverspreid en genormaliseerd. Het betreft geen incidenten, maar een systematisch probleem dat het beleid, instituties en de publieke beeldvorming beïnvloedt. De gevolgen zijn diepgaand en ondermijnen het vertrouwen van moslims in de overheid, evenals hun gevoel van veiligheid en burgerschap.
Als moslimorganisaties zetten wij ons in om de kloof tussen de overheid en de moslimgemeenschap te verkleinen en ervoor te zorgen dat iedereen gelijke kansen krijgt om actief deel te nemen aan de samenleving. Een effectieve samenwerking met de overheid is hiervoor essentieel. De overheid moet daadwerkelijk luisteren naar de zorgen van moslims. Een van de grootste zorgen is moslimdiscriminatie. Om deze te bestrijden, is samenwerking met de overheid noodzakelijk. Lange tijd gingen wij ervan uit dat de overheid ons zou steunen in deze strijd. Helaas is in de afgelopen jaren het tegendeel gebleken. Het is juist de overheid geweest die moslims stelselmatig heeft gediscrimineerd, wat ons vertrouwen in haar heeft geschaad. Enkele voorbeelden hiervan zijn:

1. Heimelijke onderzoeken naar moskeeën en moslims door gemeenten en overheidsinstanties.
2. Discriminerende onderzoeken van de Belastingdienst gericht op niet-westerse moslims (zoals de toeslagaffaire).
3. Etnisch profileren door justitie.
4. Discriminerende onderzoeken door de SVB naar het vermogen van niet-westerse moslims in het buitenland.
5. Discriminerende onderzoeken door verschillende gemeenten naar het vermogen van niet-westerse moslims in het buitenland.
6. De verharding van het debat in de Tweede Kamer, waarbij moslims worden gedehumaniseerd.
7. Het inzetten van wetgeving die gericht is tegen moslims.
8. De dubbele standaard ten aanzien van internationale conflicten.


Het weigeren om het debat hierover aan te gaan bevestigt opnieuw dat moslims geen steun van de overheid kunnen verwachten. De strijd tegen discriminatie kan niet gevoerd worden zonder een open debat over het probleem van moslimdiscriminatie. Door dit debat te ontkennen of als onbelangrijk af te doen, wordt de situatie voor moslims alleen maar verergerd. Dit is een dolk in de rug van zowel moslims als moslimorganisaties. Zelfs wanneer het onderwerp moslims wordt besproken, worden zij vaak buitengesloten, net zoals op de arbeidsmarkt, in het onderwijs, in de zorg en in de interactie met overheidsinstanties.
Het CMO vindt het onaanvaardbaar dat de Tweede Kamer het debat hierover blijft ontwijken. Het is tijd dat de overheid haar verantwoordelijkheid neemt. Moslims in Nederland verlangen erkenning en concrete acties om te voorkomen dat zij gediscrimineerd worden.
Wij doen een dringende oproep aan het kabinet om verantwoordelijkheid te nemen. Wij verwachten van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de minister van Justitie en Veiligheid, en de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme dat zij het rapport niet wegstoppen, maar het als basis gebruiken voor het formuleren van beleid. Het CMO en de aangesloten koepelorganisaties staan klaar om bij te dragen aan een structurele en rechtvaardige aanpak van moslimdiscriminatie. Dit kan alleen als de overheid bereid is het probleem van moslimdiscriminatie te erkennen en moslims niet als tweederangsburgers te behandelen.


Drs. Muhsin Köktas
Voorzitter CMO Mobiel: 0638902532 eMail: info@cmoweb.nl
mkoktas.cmo@gmail.com

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *